Emmie van Halder; drijvende kracht achter Petit Paradis

“De sfeer trekt mensen,” vertelt Emmie van Halder over lunchroom Petit Paradis. “Tijdens lunchtijd zit het hier vol. Vanwege eenzaamheid komen sommigen hier elke dag, enkelen zijn er zelfs voor verhuisd!” In 2022 heeft deze lunchroom in een voormalig klooster vlakbij het hart van Den Haag haar deuren geopend. Emmie is een business-duizendpoot; ze heeft in haar leven al verschillende succesvolle bedrijven opgezet, is Impact Investeerder met een focus op Afrika en ook de drijvende kracht achter de lunchroom.

Voormalig klooster

De lunchroom is onderdeel van Stichting 488.  Deze huurt de 1200 m2 aan ruimtes van het klooster gelegen aan het Westeinde. Naast twee oudere monniken, is hier een leefgemeenschap gehuisvest, is er gebedswerk en boven de lunchroom opvang voor een twintigtal kwetsbare vrouwen. De winst van de lunchroom gaat naar dit werk.

                                            

Emmie is bestuurslid van Stichting 488 en denkt mee om het geheel en de lunchroom financieel gezond te laten draaien. Ze vertelt: “Vanwege de kleinschaligheid is het vooral in de winter nog lastig om winst te draaien, ’s zomers lukt dat beter vanwege meer ruimte dankzij het terras.” Voor het aanboren van nieuwe klandizie denken ze aan het promoten van ontbijten, catering voor omliggende bedrijven en verhuur van de ruimtes.

Impact Investeerder

Van jongs af aan was Emmie actief in het bedrijfsleven en zette een aantal succesvolle bedrijven op. Deze bedrijven hielpen ondermeer tech-bedrijven vanuit de VS om zich te vestigen in Europa. Later verschoof haar focus naar het introduceren van tech-bedrijven in Afrika. Vanuit die rol reisde ze heel Afrika door en werd bekend met de business uitdagingen, mogelijkheden en behoeften op dat continent. Vanuit persoonlijke passie initieerde en runde ze tussendoor nog een hotel in Zuid-Afrika. Dit alles legde haar geen windeieren. Nu is Emmie Impact Investeerder met een passie voor het Afrikaanse continent.

Batazia vertaal-app

Vanuit haar passie raakte ze ook als bestuurder betrokken bij de vertaal-app Batazia. Ze zorgde dat deze kon pitchen op het BAM Congres afgelopen november. Batazia ontwikkelt software, waarbij alle lokale taalgebieden in Afrika voorzien kunnen gaan worden van boeken en lesmateriaal in eigen taal. Dit is een doorbraak voor Afrika, waar 2500 lokale taalgebieden nu niet worden voorzien van lesstof. Batazia is een veelbelovende app, met name een aantal grote NGO’s zijn zeer geïnteresseerd. Op de site van ‘Waarde voor je geld’ kun je meer lezen, want Batazia zoekt nu werkkapitaal om door te kunnen ontwikkelen.

 

Stichting 488 >>

Vertaal-app Batazia zoekt werkkapitaal>>

Petit Paradis >>

Blijf op de hoogte van Business as Mission Nederland en meld je aan voor de BAM-update >>

 

Een zendeling met een BAM-geschiedenis

“Zakendoen en zending is goed mogelijk, maar het is belangrijk dat de zakelijke kant goed neergezet wordt, want anders blijft het ook kwakkelen met de missie,” weet Hans Hamoen vanuit ervaring. Evangelie verkondiging is wat hem motiveert: “In hart en nieren ben ik eigenlijk een zendeling.”  Zijn loopbaan als ‘pionier-bissionairy’ begon veertig jaar geleden, en hij vindt het bemoedigd te zien hoe de BAM beweging wereldwijd alsook in Nederland groeit.

 

Bijbelsmokkel met een bedrijf

Hans stond aan de wieg van dertig Business as Mission bedrijven, waarvan twintig rendabel bleken en nog altijd draaien: “De Heilige Geest geeft creativiteit en laat mogelijkheden zien.” Deze ondernemer pakt de mogelijkheden die hij ziet ook aan: precies veertig jaar geleden op 1 maart 1983 startte hij zijn eerste ‘business as mission’ bedrijf met het doel in samenwerking met Open Doors Bijbels te smokkelen naar de destijds gesloten landen achter het IJzeren Gordijn. De ruilhandel met communistische landen bleek mogelijkheden te bieden: “We ruilden goederen met die landen, we brachten bijvoorbeeld cacaopoeder en namen houten klapstoelen mee terug. In onze vrachtwagens van twintig ton, verstopten we twee ton lectuur en konden zodoende 2400 Bijbels per keer meenemen.” Het systeem werd verder ontwikkeld, waarbij een beperkt aantal mensen binnen het bedrijf deel waren van het ‘complot’. We hadden op een gegeven moment zeventig mensen in dienst, en brachten tussen 1983 en 1991 ruim een miljoen Bijbels naar gesloten landen, eerst de communistische en later ook naar landen o.a. Koeweit, Jemen en Ethiopië.

In die tijd zagen we veel wonderen. Aan de andere kant was het ook een tijd van groeien in het vertrouwen op God. Ten eerste vanwege de spanning of hun clandestiene activiteiten werden ontdekt, en Hans opgepakt zou worden. Daarnaast of de financiën rondkwamen. “In de ruilhandel is cashflow een constant probleem. We hadden altijd een tekort. Op vrijdag wisten we nooit hoe de rekeningen de volgende week betaald zouden moeten worden. Dan baden we, en dan was er weer geld op maandag. Het werd haast gewoon! Voor mijn secretaresse, die toen nog niet gelovig was, was het ongewoon. Jaren later vertelde ze me dat dit haar altijd hogelijk verbaasde en aan het denken zette.”

‘Vertrouwen ontwikkel je als je geen rooie cent hebt’

“Als je met Gods business bezig bent, mag je vertrouwen dat Hij voorziet,” is de ervaring van Hans. Hij promoot hier geen ‘welvaart evangelie’. In een adem door vertelt hij dat hij samen met zijn vrouw zeven jaar lang een dag per week verplicht vastten. Er was geen geld. “We hebben het toen niemand vertelt en mijn vrouw was creatief. Ze kocht lapjes stof op de markt en maakte jurkjes voor onze dochters. Mijn moeder had het wel in de gaten en bracht regelmatig een tas boodschappen. Mijn vrouw liep regelmatig met gaten in haar panty’s en dat vond ze verschrikkelijk, maar ze zegt ook dat het in geestelijk opzicht onze rijkste tijd was.” Hans vervolgt: “Zakenmensen vertrouwen op hun geld, maar als christen is het belangrijk om je afhankelijk van God te weten en op Hem te vertrouwen. Dat vertrouwen op God ontwikkel je vooral als je geen rooie cent hebt.”

Tweede bekering

In 1986 vroeg een vriend of Hans naar Haïti wilde komen, om hem te helpen een fabriek op te zetten. Ze wilden foto wissellijstjes gaan produceren om Haïtianen meer bestaansmogelijkheden te geven. Hans was niet happig; hij was al druk genoeg. Na aandringen, stemde hij toe om een kijkje te komen nemen. Bij aankomst op het vliegveld, was er net een coupe gepleegd op Baby Doc. De bevolking nam wraak op de gehate leden van de geheime politie. “Ik zag mensen elkaar met machetes te lijf gaan, hele slagpartijen waren gaande, lijken lagen langs de weg. Het was absurd.” herinnert Hans zich. “Ik hoorde toen een innerlijke stem ‘Waarom geef je deze mensen geen hoop?’ Die ervaring noem ik mijn tweede bekering.”

‘Waarom geef je deze mensen geen hoop?’

Sociale impact

Het bedrijf werd opgestart, en had mettertijd 450 man personeel. Hans: “We wilden sociaal impact hebben. We creëerden bijvoorbeeld een potje, zodat personeelsleden geld konden lenen om uniformen te kopen, want die uniformen hebben kinderen daar nodig om naar school te kunnen. We vonden het belangrijk dat kinderen naar school konden gaan. De ouders konden de lening over een periode van een jaar terugbetalen, en zo moedigden we eigen verantwoordelijkheid aan.”

Geestelijke impact

Ze wilden ook geestelijk impact hebben en huurden een lokale voorganger in die ochtendopeningen in het bedrijf verzorgde. Hans: “Die ochtendopeningen waren voor al het personeel, maar als mensen vervolgens deel wilden nemen aan Bijbelstudies en bidstonden, dan kon dat buiten de fabriek.” De plaatselijke voodoo priesteres vond het minder leuk. Haar invloed nam af. Hans vervolgt: “Ze brak de straat op, zodat we niet met de containers bij de fabriek konden komen en legde een kruis op de vloer van de fabriek. Dat betekent een vloek met vaak dodelijke gevolgen. De vrouw had een behoorlijke reputatie op het gebied van vervloeken. Alle personeelsleden bleven uit angst weg, maar wij hielden een bidstond bij het kruis en waren na een aantal dagen nog steeds niet dood. Met de priesteres ging het juist minder goed, met als gevolg dat de lokale mensen zeiden: ‘Jullie God is sterker!’”

BAM voorloper

Hans was een voorloper, hij noemde het zelf destijds Business with a Mission. En begon in 1994 Worldpartners, want mede door zijn wereldwijde netwerk zag Hans over de jaren meer kansen en mogelijkheden om bedrijven op te zetten met sociale en geestelijke impact. Juist ook in de meest moeilijke landen. Met Worldpartners wilde hij daarvoor ondersteuning structureren. Hij leek nog steeds een van de weinige ondernemers wereldwijd die hiermee bezig waren – ze hadden elkaar in elk geval nog niet gevonden. Eind 1999 gebeurde dat wel in de VS: een twintigtal missie-gedreven ondernemers vormden een groep, waarvan Hans en een Engelsman de enige Europeanen waren. Vijf jaar later werd het BAM-concept geïntroduceerd door Mats Tunehag en Jo Plummer op een Lausanne bijeenkomst in Thailand in 2004. “De business-track werd pas op het laatst door Lausanne toegevoegd,” herinnert Hans zich.

In dit boek kun je meer lezen!

World Partners

Inmiddels krijgt World Partners aanvragen vanuit de hele wereld en studenten van Erasmus, CHE of Wageningen helpen om een haalbaarheidstudie uit te voeren, waarbij gekeken wordt naar de zakelijke haalbaarheid, de sociale invloed en of en hoe zendingsdoelen gehaald kunnen worden. Dit kan verschillende vormen aannemen. In een Aziatisch land, waar door gebrek aan werkgelegenheid veel mannen in het buitenland moeten gaan werken, heeft Worldpartners meegewerkt aan het opzetten van een kleinvee bedrijf. Bij deze farm kunnen families een compleet pakket kopen wat in genoeg inkomen resulteert om rond te komen: enkele honderden stuks kleinvee, een bouwpakket, voeding en training, plus daarna begeleiding door distributeurs. Worldpartners bedrijven vind je voornamelijk in Azië, Afrika, Oostelijk Europa en de Kaukasus. Hans vertelt: “Ons management is altijd christen, het overige personeel zijn goede plaatselijke krachten met uiteenlopende geloofsovertuigingen. In dit bedrijf hebben we ook een twintigtal distributeurs werken, deze distributeurs zijn naast het werk bij ons ook plaatselijke (ondergrondse) voorgangers. Deze mensen kennen de taal en de gebruiken. Ze gaan regelmatig bij de klanten langs en bouwen een relatie op. Evangelisatie gebeurt op die manier als vanzelf, op een organische manier.”

‘Het is onze opdracht om over het evangelie te praten, en het ook te doen’

 

De BAM beweging: kansen en uitdagingen

Hans is bemoedigd om de groei te zien van de BAM beweging zoals bijvoorbeeld de sociale BAM-bedrijven in Nederland. De tijdgeest is nu ook anders dan toen Hans begon: “Iedereen praat nu over purpose en duurzaamheid. Dat biedt kansen.” Daarnaast ziet hij ook de uitdagingen, met name om binnen zendingsorganisaties daadwerkelijk business vruchtbaar te integreren. Tegelijkertijd hoor je daar ook zijn passie, en wil hij zich voor die integratie in blijven zetten: “Als christen is het mijn motivatie om een volgeling van Jezus te zijn. Jezus vertelde in de Bergrede wat het evangelie inhoudt en vervolgens ging hij de berg af, raakte mensen aan en genas hen. Zo is het ook onze opdracht om over het evangelie te praten, en het ook te doen. Business as Mission biedt daarvoor enorme kansen.”

Meer over World Partners >> https://worldpartners.org

Hier vind je het boek  Zakendoen met God

Blijf op de hoogte van Business as Mission Nederland en meld je aan voor de BAM-update.

Het belang van coaching

 ‘De betrokkenheid van een ervaren ondernemer is enorm bemoedigend!’ 

Elke zes weken hebben ze een paar uur contact, vertelt Daniel (Daan) de Groot over zijn coaching-relatie. De relatie is wat hem betreft cruciaal geweest in zijn ontwikkeling: van zendeling/hulpverlener in Roemenië naar strompelend sociaal ondernemer en vervolgens naar volwaardig ondernemerschap. Zijn coach is Onno Weststrate, die ervaring heeft met een internationaal BAM-bedrijf (Turbocam) in o.a. Roemenië. De relatie begon toen ze elkaar in 2014 tegenkwamen en Onno hoorde dat de Roma-jongeren, straatjongeren en daklozen die het inloophuis van Coming Home bezochten niets te doen hadden.

Onno Weststrate

Daan de Groot

Onno ging investeren in de relatie met Daan en ze gingen nadenken over het opzetten van bedrijfsactiviteiten. Daan: “Het is iemand die scherpe vragen stelt en waaraan ik verantwoording afleg. Zonder dat ik daar ooit om heb hoeven vragen, heeft hij ook financieel geïnvesteerd; het voelt dan ook alsof we het samen doen in een gedeelde BAM-visie: Gods liefde delen en perspectief bieden in deze regio.” Intussen heeft Daan timmerwerkplaats Recycl’Art waar zes medewerkers ‘met een verhaal’ meubels maken, en de inrichting verzorgen van hotels en vakantiehuizen.

 

Ups en downs van Daniel’s journey van traditionele hulpverlening

naar een BAM-bedrijf

 

Reclycl’Art

Het pad daarnaartoe ging niet over rozen. Met ondersteuning van Onno werd in 2014 in eerste instantie een nabijgelegen kippenschuur en bijbehorende woning gekocht waar ze een soort sociale werkplaats opzetten, zodat de jongeren die bij hen in het inloophuis kwamen werkervaring konden opdoen. Een mooi plan, maar het was geen onverdeeld succes. Daan: “We hadden maar één begeleider op een groep van vijf tot zes jongeren. We gaven de jongeren wekelijks een kleine vergoeding, maar dat werd vergokt of er werd drank van gekocht en dan kwamen ze de volgende dag niet opdagen. We zagen dat ze meer begeleiding en structuur nodig hadden; een grotere groep beter functionerende mensen waar ze bij aan konden sluiten.”

Vanaf zijn zeventiende komt Daan (37) al in Targu Mures, Roemenië. Hij ging voor het eerst mee met een groep jeugd vanuit zijn kerk in Krimpen aan de IJssel. De daaropvolgende jaren gingen teams vanuit zijn kerk soms wel twee keer per jaar. Op een van die reizen kwam hij zijn toekomstige vrouw Debora tegen en toen het stel trouwplannen kreeg en over hun gezamenlijke toekomst na ging denken, vonden beiden wonen en werken in Roemenië een serieuze optie. Na overleg en advies met familie en vrienden, maakten ze die stap in 2008. Het doel was om daar van betekenis te zijn voor de allerarmsten, zoals Roma-straatkinderen. Met verschillenden kinderen hadden ze over de jaren een relatie opgebouwd en het idee was om een inloophuis op te zetten waar ze terecht konden. Na een langzame start, zetten ze de Roemeense organisatie Coming Home op en kon het inloophuis realiteit worden.

 

Debora heeft intussen de leiding over het inloophuis, waar stafleden naast sociaal werk vooral educatie ondersteuning bieden, zoals huiswerkbegeleiding voor kinderen uit achterstandswijken. Daan richt zich vooral op het ontwikkelen van BAM-bedrijven, zoals de laatste onderneming: The Boost Company waar ze websites bouwen voor de Roemeense, Nederlandse en Engelstalige markt.

BAM Roemenië

Bij Recycl’Art heeft Daan een Roemeense businesspartner gevonden met hart en visie voor de doelgroep. Dit geeft hem ook ruimte om betrokken te zijn bij het ontwikkelen van BAM Roemenië. Vanuit het platform in oprichting BAM Connect willen ze beginnende BAM-ondernemers coachen en connecten met investeerders. Daan coacht intussen zijn Roemeense business partner bij Recycl’Art en wil dat meer gaan doen via het groeiende BAM-netwerk. Zelf heeft hij de kracht van betrokken coaching ondervonden, en geeft het op zijn beurt graag door.

Daan de Groot connect graag met andere BAM’ers en geïnteresseerden via zijn profiel op Linkedin >> 

 

Ontvang je de BAM-updates? Hier kun je je daarvoor aanmelden >>

 

 

Plant-based proteine & missie in India

Henk Schouten (Schoutenfood) kreeg BAM-principes ingegoten met de paplepel. De bedrijfscultuur is voor hem de basis:

“Liefde is het belangrijkste, maar ook het moeilijkste” 

 

De Here God en daar vanuit liefde en aandacht voor medewerkers staat al generaties lang centraal binnen de bedrijven van de Schoutens. Anticiperend op tijd en context verandert de uitwerking daarvan, evenals product en missie. Opa Schouten was zoon van een bakker en ging diervoeder produceren, vader ging daarmee door en Henk begon dertig jaar geleden met het ontwikkelen van vleesvervangers (plant-based proteïne). In de patriarchale tijdgeest van opa werden mensen in moeilijke omstandigheden in dienst genomen en konden vervolgens rekenen op ‘opvoeding’ op het werk, maar kregen ook persoonlijke brieven op hoogtijdagen. De aandacht voor medewerkers ziet er nu anders uit, maar ook voor Henk is een bedrijfscultuur waar liefde een aandacht is voor elkaar, een basis ingrediënt van BAM. Vanuit Schoutenfood in Giessen ziet Henk uitbreidingsmogelijkheden in India. Ook op het terrein van missie.

Tempeh today in India
India is een vegetarisch land, waar armoede heerst en waar plant-based proteïne het dieet zou verrijken. Hier kunnen product en missie – op een manier passend binnen die context – naadloos integreren middels voedzaam eten, werkverschaffing en het delen van Gods liefde. De eerste stappen daartoe zijn gezet. Het basis idee van Schoutenfood is om naast fabrieken, in wijken of afgelegen gebieden in India containers te plaatsen. In die containers kan het fermentatieproces plaatsvinden voor het ontwikkelen van plant-based proteïne (Tempeh today). Dat voorziet in zowel inkomen alsook voedzaam eten voor een gemeenschap. Intussen is ook een micro aanpak bedacht.

In de huidige fabriek in Bangalore hebben christenen de leiding, delen het evangelie tijdens dagopeningen en hebben aandacht voor noden van werknemers en hun families. Henk is zelf vaak in India en zoekt ook voor andere missiegerichte bedrijfsactiviteiten in India proactief samenwerking met christenen, en ervaart daarbij leiding. “Het is mijn overtuiging dat het de bedoeling is dat we daar zijn, maar plannen en afspraken maken gaat in die cultuur heel anders. Om daar te werken, moet ik leren om los te laten.” Henk verbaast zich over de vele onverwachtse en bijzondere ontmoetingen: “Ik rol van het een in het ander.”

 

 

‘Ik rol van het een in het ander…’

Zo maakte hij een wandeling in de wijk rondom de vestiging en liep een koffietentje binnen en kwam daar aan de praat met de medewerkster, deze bleek christen te zijn. “Ik vertelde over ons bedrijf en dat ik personeel zocht. De volgende dag kwam Pinto langs, een zwager van de medewerkster van het koffietentje. Pinto werkt nu bij ons.” Henk vertelt verder: “Onlangs sprak ik met Peter uit Bangalore die voor ons video’s maakt, hij is christen en zei mij dat ik met Anita moest kennismaken, want zij vangt prostituees op en wil hen verder helpen. Ik heb kort daarna met haar en de vrouwen die ze opvangt kennisgemaakt; meisjes van zestien met een baby’s van anderhalf jaar. Het breekt je hart.” Dit contact bleek een goede fit voor de micro-aanpak: middels microkrediet kunnen deze vrouwen Tempeh produceren middels een door Schoutenfood ontwikkeld Micro Fermentation Unit.

Henk ontdekte eveneens dat op korte afstand van de eerste vestiging in Bangalore een kerk staat waar hij zich thuis voelt. In een land waar 2% van de bevolking christen is, voelt dat als ‘het vinden van een speld in een hooiberg’. Vanuit deze kerk zijn ook diverse contacten gelegd met christelijke hulpverleningsorganisaties. Naast de bijzondere dingen die gebeuren, zijn er genoeg uitdagingen. Zo zal de aansluiting met de markt een moeilijke zijn, want het gebruiken van plant-based proteïne is in India’s consumptiepatroon een onbekend ingrediënt. Henk weet uit ervaring dat het lang heel lang duurt voordat eetgewoonten veranderen. Dertig jaar geleden zag hij al de potentie en noodzaak voor veranderingen in de vleesconsumptie in het wereldwijde dieet-patroon. “In Nederland, die best voorop loopt op dit gebied is de consumptie nog slechts 4% van de vleesconsumptie.

Giessen

De 250 medewerkers in Giessen, waar het bedrijf gevestigd in en rondom het ouderlijk huis van de grootouders, zijn ook enthousiast over de initiatieven in India. “We moeten er nog meer over communiceren,” erkent Henk. De medewerkers zijn al betrokken bij diverse bijdragen vanuit het bedrijf aan de maatschappij. Zo wordt iedere medewerker aangeboden om op kosten van het bedrijf een kind via Compassion te ondersteunen. “Het is niet verplicht, maar iedereen doet het,” vertelt Henk en vervolgt: “We hebben dagen in het jaar waarop de medewerkers op het bedrijf in werktijd een brief schrijven aan het kind, want anders komt dat er niet van. Via een fonds opgericht vanuit het bedrijf worden ook andere initiatieven ondersteunt zoals hulp bij de opstart van koffiehuis “De Buurvrouw” in Wijk en Aalburg. De medewerkers vinden het fijn te weten dat hun werk hier bijdraagt aan dit soort zaken.”

“In India doen we dagopeningen op het bedrijf, maar hier in Nederland zijn we daar voorzichtig mee,” vervolgt Henk. “We hebben dat wel overwogen, maar ruim de helft is niet gelovig, en je hebt dan kans dat ze wel komen vanuit een gevoel van ‘moeten’ terwijl het hen niets zegt. Bovendien willen we geen afstand creëren tussen christelijke en andersgelovige medewerkers. We proberen er wijs mee om te gaan, de situatie is hier anders dan in India. Liefde en aandacht is het belangrijkste, maar ook het moeilijkst. We zijn er nog lang niet! Je wordt zo gauw in beslag genomen door de dagelijkse beslommeringen.” In India krijgt de aandacht voor medewerkers vorm doordat Henk bijvoorbeeld meewerkt in het bedrijf. “In die hiërarchische cultuur, proberen we dienstbaar leiderschap voor te leven. Ze vinden het daar heel bijzonder dat ik samen met hen schoonmaak en met hen bezig ben op de werkvloer.”

‘Ga jij eerst maar eens je studie afmaken!’

Henk praat met warmte over zijn voorouders en het bedrijf in Giessen. Maar als hij vertelt over zijn ervaringen in India, komt er een extra twinkeling in zijn ogen. Die ervaringen maken vast een avontuurlijke kant wakker, en om op een heel andere manier in een andere context God te zien werken, maar het heeft wellicht ook met een verlangen van lang geleden te maken. Want als kersverse student had hij op een avond een bijzondere ervaring met God, waarop hij zich in gebed volledig ten dienste van God stelde. Vervolgens vertelde hij zijn vader dat hij zendeling wilde worden, maar diens nuchtere antwoord was: ‘Daar komt niets van in. Ga jij eerst maar eens je studie afmaken!’ Henk zegt nadenkend: “Soms vraag ik me weleens af of wat ik nu meemaak een verhoring is van mijn gebed van destijds.”

www.tempeh.today

www.schoutenfood.com

 

Ontvang je de BAM-updates? Hier kun je je daarvoor aanmelden >>

 

Gebed voor BAM Rusland

De BAM beweging in Rusland is nog pril. In november 2019 organiseerden ze een succesvolle conferentie, en tijdens corona groeide het beetje bij beetje middels netwerken. “Bid voor BAM Rusland,” vraagt Mikhail Dubrovskiy, de initiator en leider. “Ik kan weinig doen aan de huidige omstandigheden, maar wel de BAM beweging verder helpen. De situatie zal vroeger of later veranderen, maar God’s werk gaat door.”

Mikhail: “We bidden voor vrede in de Ukraine, God’s oordeel over hen die hier verantwoordelijk voor zijn, en dat ons hart bewaard wordt voor haat,” en vervolgt: “De roebel is hier al in waarde gehalveerd, maar jaren geleden voorzegden profetische woorden al schokgolven die sociale, politieke en economische veranderingen teweeg zouden gaan brengen. We geloven dat we hier middenin zitten, en meer op ons af gaat komen. Bid voor ons. Wij bidden elke morgen met een groep. Gebed is erg belangrijk, we hebben het nodig om van God te horen.”

BAM onderwijs in het Russisch, zie YouTube filmpjes >>

PS. BAM Rusland wil het boek “BAM Global Movement’ vertalen naar het Russisch, en zijn al met delen daarvan bezig. Wil je daarbij helpen, laat het ons weten door een mailtje te sturen naar Gea.

 

Wil je ook de BAM-updates (3-wekelijks) ontvangen, meld je dan hier aan >>

Lavender Lifestyle; transforming homes & transforming lives

‘God voorziet in mensen met kennis en kunde’

Perspectief bieden en mensen eigenwaarde geven; dat is de visie op hulpverlening van Dyon & Nasra Vosmer. Ze herkenden dit in een artikel over Business as Mission, en dachten gelijk ‘dit is wat wij ook willen’! Het stel was in loondienst, maar besloot zekerheden op te geven en het avontuur aan te gaan: ze emigreerden in 2019 naar Zuid-Afrika en begonnen daar Lavender Lifestyle. Vanuit dit bedrijf kopen ze huizen, renoveren deze huizen om ze vervolgens met winst te verkopen. Vanuit de winst willen ze volkstuinen opzetten in Zuid-Afrikaanse townships.

Het eerste huis-renovatie-project is succesvol afgerond en ze maken stappen richting een volkstuin. Vanuit Zuid-Afrika vertellen Dyon en Nasra via Zoom hoeveel ze moesten leren, maar hoe God telkens weer voorziet in mensen met kennis en kunde.

Stadstuin

“We hebben zojuist contact gekregen met een tuinder die op vrijwillige basis wil helpen met het opzetten van een Community Garden in township Lavender Hill, bij Kaapstad,” vertelt Dyon enthousiast. Na twee jaar te midden van een epidemie, tegenslag en zware lockdowns, hebben ze wat middelen vanuit de verkoop van het gerenoveerde huis om stappen te maken richting het realiseren van een volkstuin in het township Lavender Hill. Het stel woont vlakbij dit township met ruim dertig duizend inwoners en heeft de focus van Dyon en Nasra. Ook de naam van hun bedrijf Lavender Lifestyle verwijst naar dit arme stadsdeel aan de rand van Kaapstad. Naast het op een duurzame manier beschikbaar maken van gezonde groenten in deze volkstuin willen ze bijdragen aan zelfredzaamheid, denk aan training over het kweken van groente en fruit in de eigen achtertuin, gezond koken met een klein budget en ook ondersteuning bieden bij het opzetten van kleine bedrijfjes middels micro-financiering.

Kingdom Builders

De volkstuin zal onder een stichting vallen, maar ook middels hun huizen-renovatie-business verschaffen ze training en werk aan minder-bedeelden. Dat was hun verlangen vanaf het begin, maar hoe pak je dat aan? Opnieuw zagen ze voorziening, dit keer in een organisatie met kennis en kunde. Ze kwamen in Zuid-Afrika in contact met Kingdom Builders (een tak van Sozo foundation), en werken nu samen met christelijke timmer- en bouwlieden die jongeren trainen en coachen tijdens het werk. “Zij hebben een soortgelijke BAM-visie,” vertelt Dyon. “Ik vind het mooi dat wij hen werk kunnen bieden; ik word er blij van als ik deze jongens ’s morgens bij ons binnen zie komen.”

 

Before

‘Kingdom Builders’ aan de slag

After

 

 

 

 

 

Financieel

De Vosmers waren nog maar enkele maanden in Zuid-Afrika toen de epidemie begon en ze heel wat weken aan huis gekluisterd waren vanwege de lockdowns. “Het was heel pittig, we waren net begonnen en financieel was het natuurlijk ook een uitdaging. Alles lag stil tijdens de lockdowns.” Ze kregen van hun investeerder toestemming om vertraagd af te lossen, en ze vertellen hoe de verkoop van het gerenoveerde huis bijzonder verliep. Dat realiseerden ze zich des te meer toen ze korte tijd later een soortgelijk huis in de wijk zagen die minder goed verkocht werd.  “De huizenmarkt is hier anders dan in Nederland,” vertelt Dyon. “Hier is het nu juist een goede tijd om goedkoop in te kopen. We zoeken dan ook meer investeerders. Ook omdat we inmiddels bezig zijn met het opknappen van een tweede huis. Dit is een klein renovatieproject van zes tot acht weken, waarna het meteen op de markt gaat. Het zou mooi zijn als we een huis erbij kunnen kopen, zodat we daar ook mee kunnen beginnen en het momentum waar we inzitten voort kunnen zetten.”

Voorziening

“De lockdowns gaven ons de gelegenheid om ons businessmodel verder te doordenken,” vult Nasra aan. “We besloten om meer diensten op gebied van renovatie en styling aan te gaan bieden.” Voor het kersverse business-stel was de afgelopen periode één groot leerproces. Nasra is geboren Zuid-Afrikaanse en kwam als jong-volwassene naar Nederland en is dus bekend met de Zuid-Afrikaanse cultuur, maar met een achtergrond als medisch laborante en kwaliteitsadviseur, zijn de ondernemers-activiteiten geheel nieuw. Zo ook voor Dyon, die een baan had in de beveiliging. Maar ze hielden vast aan een droom, ondanks weinig tot geen ervaring in ondernemerschap, renovatie en volkstuinen. Ze lijken wel over talent te beschikken, en zijn bovendien leergierig, geloven in het belang van samenwerking en nemen initiatief. Zo namen ze na het lezen van het BAM-artikel contact op met het BAM-netwerk en vonden ondersteuning bij de opstart, zoals coaching bij hun businessplan en hulp bij het vinden van een investeerder via MissionInvest. “God voorziet,” is de ervaring van Dyon en Nasra, “Hij brengt mensen met know-how op onze weg.”

 

Meer info over het bedrijf Lavender Lifestyle

In het artikel op de site van MissionInvest kun je meer lezen hoe de financiering tot stand kwam.

 

Achtergronden Township Lavender Hill

 

Op het web waren deze twee veelzeggende – en geheel verschillende – perspectieven te vinden over township Lavender Hill: 

‘De hotspot voor moordenaars en gangsters’ is de conclusie van Matthew Brown wanneer hij met politiemensen Lavender Hill intrekt. Hij schrijft: “Het eerste wat me opvalt in Lavender Hill is dat de politie in kleine konvooien rijdt en dat iedereen zijn Glock bij de hand houdt. Het tweede wat me opvalt is hoe de buitenwijk er uitziet: een soort kamp gemaakt van tinnen platen en hout, met een open riool. Huizen en hutten zijn zo gebouwd dat er net een auto kan rijden over de blubber die zij een weg noemen. Jammer genoeg is diezelfde weg gevuld met onherkenbare delen van auto’s en lopen er kinderen, honden en gangsters rond. Mijn broer is een reservist bij de SAPS en heeft in elke buitenwijk van Kaapstad gewerkt. Hij is ook in Rwanda geweest, vlak na de genocide. Hij noemde Lavender Hill de ergste plek op aarde.”

Bron > https://www.vice.com/nl/article/xd5qv7/cruising-through-cape-towns-townships-with-the-citys-specialised-drug-unit

 

Hoe meer je geeft hoe rijker je wordt’, schrijft Jade Hoornaert. Tijdens haar verblijf in Kaapstad, bezoekt ze ook Lavender Hill:

“Zomaar mensen op straat geld of eten geven, is niet dé meest doeltreffende manier om te helpen. Maar weglopen van de ellende is nog minder een oplossing. Want het is niet omdat je het niet meer ziet dat het er niet meer is. Ik ben dus op zoek gegaan naar een manier om mijn bijdrage te leveren om van Kaapstad een mooiere plek te maken. En naar een manier om hier te kunnen leven en af en toe een koffie te gaan drinken zonder me daar schuldig over te voelen. Ik ben de townships ingetrokken, en ik was bijlange niet de eerste. Zo veel prachtige mensen ontmoet die prachtige projecten runnen. Zowel lokale mensen als internationale vrijwilligers en stuk voor stuk het levende bewijs dat hoe meer je geeft hoe rijker je wordt.”

Bron: https://www.mo.be/wereldblog/townships-en-palmbomen

 

 

Onverwachtse wending voor BAM’er in Bosnië

Niels van Slooten ging twee jaar geleden met zijn gezin naar Bihác, Bosnië om een bedrijf te starten. Het plan was om middels JoSiJo Travel avontuurlijke reizen aan te bieden in Bosnië. Ze wilden onder de bevolking wonen, met hen werken en al doende hun geloof uitdragen terwijl ze ook zouden helpen om het land op te bouwen. Wat betreft hun business plannen zag het er eind 2019 veelbelovend uit want diverse trips waren geboekt voor 2020. Helaas, vanwege de epidemie werden ze een voor een afgezegd. Gedurende de zomer was er nog even de hoop dat toerisme spoedig weer op zou leven, maar toen die hoop in duigen viel en ze vooral veel tijd bezig waren met thuis-onderwijs voor hun kinderen vroegen ze zich af wat ze er nog deden. Ze maakten aan hun achterban bekend dat ze terug zouden gaan naar Nederland.

Bihác

Een en ander kreeg echter een nieuwe wending, want het gezin raakte meer en meer betrokken bij vluchtelingen.

Officieel leven er circa tweeduizend vluchtelingen in de drie kampen rondom Bihác, maar Niels schat in dat er nog 1500 tot 2000 op straat leven. Samen met twee lokale gelovigen, hadden ze regelmatig vluchtelingen opgehaald met een busje en in de zomer hielden ze openluchtsamenkomsten in het Farsi. Ze kregen daarbij ondersteuning van een Iraans voorgangersechtpaar, die in Duitsland wonen. Intussen is het plaatselijk echter vooral de familie Van Slooten die het geheel draaiende houdt.

“De situatie is hier uitzichtloos voor vluchtelingen,” vertelt Niels iets over de achtergronden tijdens een Zoom gesprek. “In het begin was er vanuit de plaatselijke bevolking sympathie voor hun situatie, maar dat nu grotendeels verdwenen. We proberen met Bosniërs hierover te praten, maar voor henzelf is het leven hier hard: een oorlogsverleden, een moeizame economie en een nauwelijks functionerende overheid, plus dan nog eens Covid-19 eroverheen. Een bevriende Islamitische ober vertrouwde me onlangs toe: “Ik denk dat God Bosnië vergeten is.” Dat zijn pittige uitspraken en vertelt iets over de situatie hier.”

“In Bihác heb ik de beschikking over een gebouw,” vertelt Niels over zijn interactie met vluchtelingen. “In deze ruimte steek ik elke ochtend de houtkachel aan en de mensen komen er langs voor een gesprek. Verschillende mensen zie ik aandachtig in de Bijbel lezen. Daarnaast houden we een wekelijkse samenkomst met een geïnteresseerde groep in een plaatselijk restaurant. Deze groep is dermate gegroeid dat we hen op moesten splitsen naar twee groepen van ruim 30 mensen. We werken daarbij nog steeds nauw samen met het Iraans-Duitse voorgangersechtpaar.” De Van Slooten familie wordt bij deze initiatieven geholpen door Operatie Mobilisatie (OM) en krijgt op allerlei vlakken veel ondersteuning van hun gemeente in Amersfoort.

 

In de recente BAM-geschiedenis kwam het regelmatig voor dat kerkstichters ondernemers werden, maar hier lijkt het omgekeerde te gebeuren! Voor nu althans, want Niels heeft zijn JoSiJo Travel-droom zeker nog niet opgegeven. Op dit moment zijn het echter vooral de gesprekken met de vluchtelingen die hen in Bosnië houdt: “We bevestigen hen dat hun leven ertoe doet, en benaderen hen met respect en met de liefde van God. Het is bijzonder om de openheid voor het evangelie onder de vluchtelingen mee te mogen maken. Het heeft ons doen besluiten dat we niet terug moeten gaan naar Nederland. We zijn hier op onze plek.”

 

 

Welvaart creëren; een talent én opdracht

Welvaart creëren: talent én opdracht
“Er is geen rijkdom om te delen tenzij het gecreëerd is. Dat is een van God gegeven talent én een opdracht, maar dat talent wordt vaak verkeerd begrepen, verwaarloosd of zelfs verworpen.” Aan het woord is de Zweed Mats Tunehag, die op het BAM congres in november 2020 hierover komt spreken.

Mats wil misvattingen over dit onderwerp rechtzetten, omdat het bedrijfsleven nu meer dan ooit nodig is om problemen te helpen oplossen. Als leidinggevende binnen BAM Global, initieerde hij samen met de Lausanne Beweging een internationale denktank met zakenmensen en theologen rondom dit thema. Hun bevindingen staan in het manifest ‘Welvaart creëren in Bijbels perspectief’ .

We spraken Mats via Zoom:

“We moeten het gesprek veranderen van ‘hoe kunnen we armoede oplossen’, naar: ‘hoe kunnen we welvaart creëren’,” betoogt hij. “Er heersen veel misvattingen over het creëren van welvaart. Binnen de Kerk wordt er vrijwel niet over gepraat, maar het creëren van welvaart hoort bij God. En wij zijn geschapen naar Gods beeld.” Het thema lijkt nu urgenter dan ooit, nu door de wereldwijde lockdowns miljoenen mensen hun inkomen kwijtraken, het gevaar van honger toeneemt en mensen kwetsbaarder worden om slachtoffers te worden van mensenhandel.

Meerdere vormen van welvaart

Mats benadrukt dat we het hebben over verschillende vormen van welvaart. Het gaat hier niet alleen over het creëren van financiële rijkdom. Het bedrijfsleven zorgt bijvoorbeeld ook voor sociale welvaart, denk aan de ‘gesprekjes bij de koffieautomaat’ die velen thuiswerkers nu in verband met corona moeten missen. “De grootste klacht bij werkloosheid is eenzaamheid,” vult Mats aan.

Een andere vorm van welvaart is die van de rijkdom in de natuur. Ook hier ziet Mats een misvatting: “Op het terrein van duurzaamheid wordt business vaak als het probleem gezien, want zij vervuilen. Maar business heeft juist ook voor heel veel oplossingen gezorgd. Daar is veel innovatie gaande: een auto wordt nu zoveel schoner geproduceerd, medicijnen zijn ontwikkeld en ga zo maar door. We moeten business als partner gaan zien in het zoeken naar duurzame oplossingen.”

Wees blij met je talent en doe het!

Als je argwanend denkt over business en het beschouwt als iets slechts, ga je het ook niet nastreven. Maar als je iets wenselijk vindt, ga je zorgen dat je het krijgt. Denk aan chocola, als je daarvan houdt dan ga je ernaar op zoek. Zo moeten we ook ons beeld bijstellen over business en het talent om welvaart te creëren herkennen als een goddelijke gave en als een opdracht. God wil het, Hij geeft mensen een roeping en de wereld heeft het nodig. Dus als je businessstalent hebt, wees er blij mee en doe het!”

 

Mats spreekt over het thema op het BAM congres, donderdag 19 en vrijdag 20 november. Meer over het programma >>>

Het 45-pagina tellende Wealth Manifest is boeiend, onderbouwd en prikkelend. Het behandelt Bijbelse fundamenten, bespreekt omstreden kwesties en geeft nieuwe inzichten. In een 11-tal stellingen roept zij de wereldwijde Kerk op om het scheppen van rijkdom te omarmen als een centraal onderdeel van onze missie om holistische transformatie van volken en maatschappijen te zien ontstaan. 

Hier vind je de vertaling naar het Nederlands, plus de link naar het originele exemplaar.

Hier vind je de Engelstalige versie, plus achtergrondartikelen en video’s. Plus vertalingen naar andere talen.

Business & huiskerken in India

“In reactie op covid-19 is ons team in India nu bezig met het maken van mondkapjes. Ze verkopen ze aan de lokale drogisterij en geven ze weg.,” vertelt Jonathan Fokker. “Op die manier dienen ze de gemeenschap.”

  Jonathan woont in Houten, maar is wereldwijd betrokken bij All Nations – Business For Mission. Hij traint en coacht oprichters van huiskerken onder onbereikte bevolkingsgroepen om bedrijven te starten zodat ze zelfvoorzienend kunnen worden.

De missie versterken

Jonathan: “We helpen de mensen in Afrika en Azië om marktonderzoek te doen in lokale gemeenschap door de vraag te stellen: Wat voor product of dienst waar jullie geen toegang toe hebben, zouden jullie toegang toe willen hebben? Aan de hand hiervan starten ze bedrijven die geen competitie voor de lokale gemeenschap zijn. Dit deel van Zuid-India bevat allemaal kleine dorpjes. Na onderzoek zijn de huisgemeente-stichters hier een simpele kleermakerij begonnen, een kruidenierswinkel, een kippenboerderij en een printshop. De bevolking daar is overwegend Hindoestaans, maar inmiddels zijn er na 3 maanden 17 beginnende huiskerken.

Toen corona begon,” vervolgt hij, “gingen ze bidden en nadenken over wat nodig was. De lokale drogisterij had nog geen mondkapjes en dat gingen ze vervolgens in de kleermakerij maken. Ook de kruidenierswinkel doet het heel goed. In deze regio heerst veel armoede door het hoge aantal dagloon-werkers, wat nog verergerd is door corona. Onze teams geven regelmatig mensen te eten. Ik vind het heel inspirerend om te zien hoe deze gemeentestichters op verschillende manieren business oppakken en hoe het hun missie versterkt.”

 

Jaarverslag: https://allnationsnederland.nl/projecten/business-for-mission/jaarverslag-bfm-2019/

 

 

 

 

 

 

De hamer en de spijker… een bemoediging!

Een paar weken geleden las ik in het Financieel Dagblad het volgende: “Wie met een hamer een spijker in de muur slaat, is gericht op de spijker en niet op de hamer”. Een uitspraak van de Duitse filosoof Martin Scheidegger. Nu weet ik uit ervaring dat als je bij het “spijkeren” je op het ontwijken van de duim richt, je er geheid op slaat. Net als met motorrijden. Richt je je blik op de boom die je wilt ontwijken, dan loop je het grootste risico om er tegenaan te rijden. Richt je je aandacht op de hamer; waarschijnlijk sla je op je vingers.

Als coach, mentor en investeerder in verschillende BAM bedrijven moet ik bekennen dat ik sinds het uitbreken van de corona crisis (zonder hoofdletter(s) alsjeblieft) erg gefocust ben op “de hamer”. Voor de duidelijkheid: dit stuk gereedschap staat in dit schrijfsel voor “de business”.

    Zoals in de illustratie te zien is: er zijn wat zorgen over “de hamer”. Het jaar begon lekker, maar toen kwam corona het spreekwoordelijke “roet” in het eten gooien. Hier toepasselijk, want het grafiekje betreft een eetgelegenheid. De business zal aan het eind van het jaar de nullijn in cash naderen, en met in juni – juli 2021 groot naderend onheil. Zeg maar “de klap op de duim”.

Als Christen investeerder en lening verstrekker komt dan toch de standaardtekst in gedachte: “Schat, de lening bleek achteraf toch een gift te zijn”. Met voornoemde eetgelegenheid is het overigens nog lang niet zover.

Veel BAM bedrijven besteden (hopelijk) veel tijd aan het beschrijven van de “spijker”, de Purpose, de raison d’être, de reden van bestaan. En liefst niet alleen de Purpose beschrijven maar ook de Sociale (people) en Environmental (planet) impact. De “winst” (Profit) prognoses waren meestal al opgesteld, niet zelden in de overbekende hockeystick lay-out. Als dit lastige proces eenmaal achter de rug is verschuift de focus toch vaak naar de hamer, de business. De dagelijkse zorg van cashflow – werkkapitaal – voorraden – etc etc. “Aan de slag” is het devies. Zout en Licht zijn ook, natuurlijk. Maar de dagelijkse zorgen krijgen snel de overhand.

En dan… corona doorbreekt grenzen die door mensen zijn gemaakt. Bij de bedrijven zie ik ten gevolge van corona nieuwe creativiteit ontstaan. Ondanks de zorgen (“hoe betaal ik morgen de huur”) zie ik nieuwe manieren ontstaan om die spijker in de muur te krijgen. En God is in dat proces nadrukkelijk en zeer verrassend aanwezig. Terwijl ik me rot reken hoe volgend jaar de rekeningen betaald moeten worden, met de focus op de hamer (en ik niet alleen), vraagt in de tussentijd een personeelslid in dit Noord Afrikaanse land (die de BAM’er nog volledig doorbetaald omdat er anders honger geleden zal gaan worden in dat gezin) met belangstelling door over de Bijbel. Notabene verteld ze over een droom die ze een tijd terug had gehad met daarin een ontmoeting met een Man, in wit gekleed en omringd door vuur…! En wat volgt is het verhaal van de met spijkers doorboorde handen van de Here Jezus. Dit is waar gebeurd, ergens in Noord Afrika.

Business as Mission; het bedrijf als hamer, als gereedschap. Maar juist in deze tijd, als je denkt dat je werktuig nutteloos is geworden en al je gemaakte plannen, prognoses en doelstellingen overruled zijn, dan laat God zien dat je werk niet tevergeefs is. In vertrouwen hadden we besloten dat het doorbetalen van salarissen noodzakelijk is, ondanks dat de cijfers anders aangeven. En dan komt deze doorbraak: “Zou ik een Bijbel kunnen krijgen”. WAUW: de spijker op de juiste plek. In de Hemel is geen crisis!

In alle eerlijkheid; ik had waarschijnlijk allang op mijn duim geslagen, omringd (verblind) door zorgen, door een andere focus. Misschien wel tegen een boom aan gereden. En jij…?

Ad maiorem Dei gloriam – Voor de grotere eer van God

 

IDEE* is een pseudoniem en levert regelmatig onder dit pseudoniem een bijdrage. Reacties mogen naar geagort@gmail.com