Bedrijfsavonturen in een Delftse wijk
“Onze wijk Buitenhof in Delft staat bekend als een ‘slechte’ wijk, en kreeg zelfs een tijdlang de naam als ‘leverancier van jihadisten’,” vertelt sociaal ondernemer Harmen van der Laan. Zelf woont hij hier inmiddels tien jaar met zijn gezin. “Met plezier en met veel mooie mensen,” voegt hij er aan toe, maar hij ziet wel van dichtbij de vicieuze cirkel waar mensen in kunnen zitten. Hij was al bij diverse sociale activiteiten in de wijk betrokken, maar besefte de kansen die ondernemerschap kunnen bieden.
“Niet vanuit de gedachte ‘ik weet wat goed voor je is’, maar door vanuit relatie naast mensen te staan en hun potentie te zien,” benadrukt Harmen. Hij startte daarom drie jaar geleden printshop PrintPlezier, vervolgens KopieKoffie en het afgelopen jaar FierFietskoerier. Alle drie sociale ondernemingen waar mensen, die veelal elders lastiger aan een baan komen, betaald en onbetaald werken. De fietskoerierdienst bleek een (hoognodige!) financiële schot in de roos; ze bezorgden het afgelopen jaar 40 duizend pakjes. Bij dit bedrijf alleen werken vierentwintig mensen en andere steden vragen om het concept daar ook neer te zetten. Bovenal ziet Harmen mensen veranderen:
“Ik besefte dat we in onze Nederlandse cultuur
als ondernemers veel ruimte hebben om in te spreken in mensenlevens.”
Dat deed hij bijvoorbeeld bij iemand in de wijk die hij al enige tijd kende. Ook diens zwakke kanten. Harmen sprak hem daarop aan, toen deze persoon in een van de bedrijven wilde komen werken als vrijwilliger met vergoeding. Harmen stelde enkele voorwaarden, die uiteindelijk werden geaccepteerd. Na jarenlange werkloosheid is deze persoon drie maanden dagelijks aan het werk en is net de samenwerking verlengd voor langere tijd. Op de vraag wie Harmen nog meer heeft zien veranderen, reageert hij lachend: ‘Hoe lang heb je?’
Kwetsbaar en open
“Als eigenaar-ondernemer is het heel normaal dat je werknemers aanspreekt als ze er moe uitzien of niet gefocust zijn,” vervolgt Harmen. “Je kunt doorvragen over wat er aan de hand is. Niemand vindt dat vreemd. Het is jouw toko, en je mag mensen aanspreken op hun gedrag.” Het lijkt erop dat ze binnen de bedrijven een veilige omgeving weten te creëren, want werknemers vertellen aan vrienden dat ze ‘hier gezien worden’. De veiligheid wordt gevoed door kwetsbaarheid, want dit is voor Harmen en zijn team een belangrijke waarde: “Elke maandagochtend delen we als kernteam openhartig met elkaar, juist ook over wat niet goed gaat – zowel thuis als zakelijk. We beseffen onze afhankelijkheid van God en bidden met elkaar. We vertellen enthousiast over deze maandagochtenden.” Het gevolg is dat ook anders-gelovigen binnen hun groeiende kernteam sinds kort meedoen. Harmen noemt het dan ook geen gebedstijd of kerk, maar ‘sharing-time’.
Harmen is overigens openhartig over zijn motivatie als volgeling van Jezus, binnen de bedrijven waar ‘alles door elkaar heenloopt; van atheïst, moslim, homo en hetero’. Hij is daarover eveneens openhartig in contacten met samenwerkingspartners van zijn bedrijven. “Mijn christen-zijn wordt vaak geaccepteerd en gewaardeerd. Ze zien het als een intrinsieke motivatie en benoemen een zekere onzelfzuchtigheid,” vertelt Harmen.
Geen succesverhaal, wél een avontuur
Overigens is het niet allemaal een succesverhaal. Een vrouw die ze zagen groeien en bloeien, viel door omstandigheden terug in een depressie. Ook financieel is het een uitdaging. “In coronatijd liep de omzet van de printshop terug naar nul. De koffiezaak in de printshop draait ook geen winst, maar kost geld. “Het leek erop dat we failliet zouden gaan en toen ik verleden jaar de fietskoerierdienst begon, dacht ik: ‘als we dan failliet gaan, dan maar goed failliet’!” De fietskoerierdienst bleek echter een succes. Daarbij moet gezegd worden dat de koffiezaak bijdraagt aan algehele sociale succes van het concept, want hier komen mensen binnen, wordt een praatje gemaakt, relaties gebouwd wat de drempel verlaagd voor mensen om een stapje te maken richting werk. Harmen noemt de KopieKoffie dan ook hun ‘human resource center’.
Nieuwe wegen zoeken en vinden, qua cultuur, ondernemerschap en geloof, lijkt bij Harmen te passen: “Ik kom uit een christelijk milieu, maar had weinig met de regeltjes. Ik wil het avontuur met Jezus aangaan.” Dit avontuur begon in zijn studententijd in Delft waar hij, naast zijn studie drinkwater technologie, het volgen van Jezus serieus ging nemen en met enkele medestudenten eenmansbedrijfjes opzette en elkaar daarbij uitdaagden om afhankelijkheid te zijn van God; zowel bij het weggeven van geld alsook het krijgen van nieuwe klanten. Vanuit zijn studie bracht een drinkwaterproject hem in de Filippijnen waar hij werkte binnen een moslimgemeenschap. Samen met zijn vrouw ging hij na hun huwelijk terug onder de paraplu van het lokale grass-roots team om het project af te maken. Als onderdeel van dit team in een klein dorp, raakte hij bevriend met zijn lokale teamleiders, die daar diverse bedrijfjes binnen de gemeenschap opzetten vanuit de visie van ‘Asset-Based Community Development’(ABCD), een aanpak die uitgaat van de kracht en potentie van een gemeenschap. Harmen: “Ik besef steeds meer dat ik destijds veel van hen geleerd heb.”
Na twee jaar kwam het echtpaar terug om een gezin te beginnen. “Voor Nederlandse begrippen hadden we weinig geld toen we arriveerden en daardoor kwamen we in aanmerking voor sociale huur in deze wijk.” Dat is nu tien jaar geleden. Vanaf het begin voelden ze zich thuis in de multiculturele wijk, maar begaven zich wel in heel verschillende werelden: doordeweeks werkte Harmen bij het drinkwaterbedrijf met hoogopgeleiden, op zondag fietste het gezin naar het centrum van Delft waar ze deel waren van een kerk met eveneens hoger opgeleide, blanke Nederlanders uit de regio. Intussen raakten ze steeds meer betrokken en bevriend met de mensen in de wijk: “We zagen de gebrokenheid, zoals de gevolgen van schulden en de negatieve vicieuze cirkeltjes waar mensen in terecht kunnen komen.”
Het avontuur gaat door
Harmen heeft al een aardige levensreis achter de rug, maar toch lijkt het allemaal nog maar pas begonnen. Want uitdagingen zijn er nog genoeg: andere steden vragen of het concept van fietskoeriers als sociale onderneming daar ook geïmplementeerd kan worden. Een bevriende ondernemer in Rotterdam-Zuid gaat al van start met een soortgelijk concept. In Delft vraagt het bouwen van gezonde bedrijfsstructuren nog de nodige tijd en aandacht en daar bovenop is hij zoekende op het gebied van het afstemmen van de koers met God: “We bidden voor en met mensen als het uitkomt,” vertelt Harmen. “Ik geloof in gebed, maar soms voelt het ook alsof je aan het ‘pleisters-plakken’ bent. De kern van de Gods koninkrijk is een innerlijke verandering, dat mensen een keus maken, zich geliefd weten door God en een gezond zelfbeeld gaan krijgen en een sterke identiteit. Daarmee is niet alles opgelost, en gaat je leven niet ineens van een leien dakje, maar dan ben je wel bezig vanuit de kern. Dat vind ik ook een spanningsveld; mijn christen-zijn wordt in mijn omgeving gerespecteerd en ik heb een hoog knuffelgehalte als sociaal ondernemer. Maar hoe ver kan ik of wil ik gaan op het gebied van de dingen doen van Jezus’ koninkrijk, van geloof en spiritualiteit? Dat is voor mij een zoektocht en een avontuur om te ontdekken.”